vrijdag 28 februari 2014

Gemeenteraadsverkiezingen

Belangenverstrengeling, een lastig punt in de politiek, niet alleen tegenwoordig. Ook vroeger werd er kritisch gekeken naar politici. Na de gemeenteraadsverkiezingen van 1931 blijkt dit een probleem in Winschoten. Twee heren, Dresselhuis en Woltjer, maken bezwaar tegen het raadslidmaatschap van de heer Huisman. Volgens hen mag hij niet in de raad plaats nemen omdat hij in dienst is van de gemeente. Dat is niet verenigbaar met lidmaatschap van de gemeenteraad, vinden zij.

Het is een beetje een rare kwestie om dit juist nu aan de orde te stellen. Huisman is namelijk al 20 jaar lid van de raad. Het werk dat hij doet, is altijd op arbeidscontract gegaan. Hij is dus nooit ambtenaar geweest. Tijdens de verkiezingen en daarna had hij een opdracht als kalkopzichter voor het nieuwe badhuis. 

De zaak wordt aan gedeputeerde staten voorgelegd. Daar krijgt Huisman gelijk. Hij kan niet worden aangemerkt als ambtenaar volgens de betekenis van de Gemeentewet art. 25. Huisman kan gewoon plaatsnemen op het pluche.  Een paar jaar later, in 1936, blijkt dat Huisman het langer volhield op dat pluche dan zijn critici uit '31. Op de foto met de nieuwe burgemeester, die een ander met zitvlees, Schönfeld, opvolgde staat hij nog wel. Dresselhuis en Woltjer zijn niet meer te bekennen. 



Geen opmerkingen: